Vue de Krasnoe (1840) Prent door Barthélemy Lauvergne
De slag bij Krasny op 17 november 1812, door Jean Antoine Siméon of kolonel Langlois (1841) Vermoedelijk het 33e regiment lichte infanterie in carré om een aanval van de Russische cavalerie af te slaan.
Much of the fighting at Krasnoi consisted of Cossacks capturing French stragglers.
The epic retreat of Marshal Ney's rear guard at Krasnoi; by Adolphe Yvon.
A plan of the Battle of Krasnoi from the Atlas to Alison's History of Europe

De slag bij Krasnoi (of Krasny, etc.) (15 tot 18 november 1812) was een reeks schermutselingen in de laatste fase van de terugtrekking van Napoleon en de Grande Armée uit Rusland. De Russen onder generaal Kutuzov hebben zware verliezen toegebracht aan het restant van de Grande Armée, dat in de voorafgaande weken al was gedecimeerd. Het doel van Napoleon in Krasnoi was om zijn verspreide troepen uit Smolensk op te wachten en de terugtocht uit Rusland gezamenlijk te hervatten. Napoleon hoopte dat De Beauharnais, Davout en Ney contact zouden maken en gezamenlijk de Russen zouden aanvallen. De bedoeling van Kutuzov was het niet tot een beslissende slag te laten komen, maar de Grande Armée het land uit te jagen. Het Russische leger slaagde er in om Eugene de Beauharnais en Louis Nicolas Davout op te houden en Michel Ney te dwingen een andere route te kiezen. Volgens Leo Tolstoy, de auteur van de beroemde roman Oorlog en Vrede was de slag bij Krasny belangrijker voor de Russen dan de slag aan de Berezina.[1]

De schermutselingen edit

Op 14 november was er bijna 1,5 m sneeuw gevallen. De korpsen onder Józef Zajączek en Jean-Andoche Junot vormen de voorhoede. Ze trokken zonder problemen langs Krasny en vervolgden hun weg naar Orsja. Toen de Keizerlijke garde naderbij kwam, begeleid door muziek, werd deze door Adam Petrovich Ozharovsky en de Russische infanterie en artillerie beschoten. De verbaasde Jonge Garde, die geen aanvallen van voren verwachtte, weigerde zich over te geven, sloeg op de vlucht en liet haar bagagewagens achter.

De Beauharnais, die een dag later was vertrokken uit Smolensk, vocht de hele dag om uit het dal te komen, maar de schemering dwong hem snel einde aan de slag te maken. Hij bereikte na een aanval op de linkervleugel via de rechterkant van het Russische leger Krasny en kon in de avond met slechts de helft van het IVe korps, 2 à 3.000 man, en het achterlaten van al zijn (17) kanonnen, doordringen tot Krasny. Napoleon besloot tot tegenactie om zo de terugtocht van de achteroprakende korpsen van Davout en Ney mogelijk te maken. De Jonge Garde ging ‘s nachts ten zuiden van Krasny tot een tegenaanval over om Mikhail Miloradovich te dwingen zijn gunstige positie op de heuvels te verlaten.

Om acht uur ‘s ochtends is het Ie legerkorp onder Davout, dat nog een dag later vertrok uit Smolensk, bestaande uit 7.500 man en 15 kanonnen, vanaf de rechteroever beschoten door honderd kanonnen en vervolgens aangevallen door Miladorovich; 12.000 man werden gedwongen hun wapens over te leveren. Davout raakte afgesloten van de hoofdmacht. Hij zag geen gelegenheid Ney op de hoogte te stellen van het gevaar bij het dal en hem duidelijk te maken een meer noordelijke route te kiezen naar Orsja. Tot overmaat van ramp slaagden de kozakken erin de achterhoede beroven van de in Moskou gestolen waar en de staf van Davout en een kist met stafkaarten in beslag te nemen.

Het restant van het 33e regiment Lichte Infanterie, onderdeel van het Ie legerkorps onder Davout, bezweek toen het van twee kanten werd aangevallen door de Russische cavallerie, ondersteund door de infanterie. De Marguerye, hun kolonel, droeg tweemaal op een carré te vormen. Toen het 33e wilde terugtrekken, raakten ze ingesloten en zonder munitie. Het 33e regiment, dat voor een groot deel uit Nederlanders bestond, is vrijwel totaal vernietigd.

Op 17 november vertrok Napoleon uit Krasny in de richting van Orsja. Voor het eerste zette Napoleon de keizerlijke oude garde in; 6.000 man, die nog nooit hadden gevochten. Het 3e regiment Grenadiers te voet werd “als een blok graniet” in carré opgesteld naast de weg. Het had geen beschikking over kanonnen, enkel musketten, en ging ten onder na een drie uur durend gevecht met Aleksandr Tormasov’s troepen tot de munitie op was. Napoleon offerde het 3e regiment op.

De hekkesluiter Ney edit

Ney vertrok als laatste uit Smolensk en deed met zijn zes overgebleven kanonnen bij Merlino een aantal vergeefse pogingen door te breken. Hij werd omsingeld boven op een heuvel. Aan het einde van de middag besloot Ney langs de Russen te trekken bij duisternis en een noordelijke route te nemen. Ney verdwaalde in de mist, maar door de stroom van het beekje de Losvinka te volgen slaagde hij erin na vijf uur lopen de Dnjepr te vinden. Ze wachtten tot middernacht, toen de plotseling de Kozakken verschenen. Het lukte hem en een deel van zijn korps zigzaggend de rivier, die nauwelijks bevroren was, het aan alle kanten krakende ijs over te steken, maar 2.000 van zijn soldaten en een onbekend aantal uitvallers en volgers verdronken in de rivier. Ney moest al zijn kanonnen en wagens achterlaten.

De volgende dag, op 18 november, werd Ney tijdens een dikke mist een bos zonder wegen of paden ingejaagd, achtervolgd door Matvej Platov met zijn kozakken. Hij werd omsingeld maar liet een carré vormen om ze af te slaan. De Russen boden hem 4 of 5 keer een capitulatie aan, maar Ney weigerde zich over te geven. De Russische afgezant is vervolgens 26 dagen gevangen gehouden, omdat er tijdens de onderhandelingen werd geschoten. Ney en zijn soldaten verlieten het kamp in het bos in de nacht en bereikten Orsha de volgende dag met slechts 800 (uitgeputte) manschappen, die niet meer in staat waren om te vechten. De Russen konden niet anders concluderen dat de Grande Armée tot een ongeorganiseerde meute was vervallen.

Gedurende de vier dagen van strijd bij Krasnoi leed de Grande Armee zware verliezen. Door de voorzichtige strategie van Kutuzov lukte het Napoleon om een totale vernietiging te vermijden en zijn weg te vervolgen richtingBorisov, d.w.z. de Berezina over te steken.

De Russen houden het op 6 of 13.000 doden, 26.500 krijgsgevangenen, 116 of 133 kanonnen en vijftien vaandels in de slag bij Krasnoi.[2]

Literatuur edit

Referenties edit

  1. ^ 1. Leo Tolstoy (2006) War and Peace. Translated by Louise-Aylmer Maude. Wordsworth Classics of World Literature, Book XV, chapter 10, p. 864
  2. ^ Van een stoet met 3.400 gevangengenomen soldaten stierven 250 man in een nacht in Roslavl, slechts 400 kwamen aan in hun ballingsoord Tambov. Op 19 februari 1814 werden zij in vrijheid gesteld.